Rechtmatigheid uitvoeringskosten

UWV werkt met publieke middelen. We vinden het uitermate belangrijk dat die middelen rechtmatig worden besteed en hanteren daarbij de regels van de Aanbestedingswet 2012.

UWV werkt met publieke middelen. We vinden het uitermate belangrijk dat die middelen rechtmatig worden besteed en hanteren daarbij de regels van de Aanbestedingswet 2012. Eind 2023 zijn we een verbeterprogramma gestart voor de UWV-inkoopactiviteiten. Hierdoor krijgen we meer grip op de uitgaven, verhogen we de kwalitatieve waarde van ingekochte diensten en producten en verminderen we onrechtmatigheid bij het inkoopproces. We kijken hiervoor naar de totale inkoopketen en -functie, van bestellen tot betalen: naar processen, organisatie, cultuur en systemen. Het correct meten en voorkomen van onrechtmatigheid is een belangrijk aandachtspunt.

We toetsen de onrechtmatigheid op drie gebieden:

• Bewust gekozen onrechtmatigheid: Het aangaan van onrechtmatige contracten blijft volgens de geldende procedures uitsluitend mogelijk met expliciete toestemming van de raad van bestuur. De bewuste keuze hierbij is dat doelmatigheid (vaak continuïteit) in deze gevallen op dat moment zwaarder weegt dan rechtmatigheid. De onrechtmatigheid in deze categorie is in de eerste vier maanden van 2025 gelijk aan dezelfde periode in 2024, namelijk € 1,8 miljoen.

• Onbewuste, achteraf geconstateerde onrechtmatigheid: we analyseren met een dashboard achteraf alle facturen binnen UWV. We kijken dan terug of de uitgaven rechtmatig zijn gedaan. We hebben geconstateerd dat er in de eerste vier maanden van 2025 voor € 7,0 miljoen onbewust – anders dan bij de hiervoor genoemde onrechtmatigheid – onrechtmatig is ingekocht (eerste vier maanden van 2024: € 4,9 miljoen). De onrechtmatigheid binnen deze categorie heeft meerdere oorzaken. Zo kan er sprake zijn van uitgaven die bij elkaar hadden moeten worden opgeteld en waarvoor de contracten vervolgens hadden moeten worden aanbesteed. Ook wordt er in deze categorie gerapporteerd over ‘overuitnutting’ binnen contracten. Hiervan is sprake wanneer de daadwerkelijke uitgaven meer dan 10% hoger zijn dan de origineel geraamde opdrachtwaarde.

• Onrechtmatige uitgaven voor externe inleen: We analyseren en bepalen de onrechtmatigheid in deze categorie ook achteraf aan de hand van facturen. Het gaat hierbij om facturen die zijn ingediend voor extern personeel dat niet via de door UWV rechtmatig gecontracteerde leveranciers is ingehuurd of facturen waarvoor nog geen rechtmatig aanbestede contracten bestaan. In de eerste vier maanden van 2025 hebben we voor € 8,6 miljoen aan dergelijke facturen geboekt (eerste vier maanden van 2024: € 7,1 miljoen). Deze stijging komt deels doordat inleencontracten voor identieke functies voor heel UWV bij elkaar worden opgeteld. Hierdoor wordt de aanbestedingsgrens eerder overschreden en is er eerder sprake van onrechtmatigheid.

De totale onrechtmatigheid binnen de uitvoeringskosten over de eerste vier maanden van 2025 komt daarmee uit op € 17,4 miljoen. In de eerste vier maanden van 2024 was dat € 13,8 miljoen. We hebben diverse maatregelen genomen. Daarom verwachten we dat de onrechtmatige uitgaven vanaf het vierde kwartaal van 2025 structureel zullen afnemen.